Van lockdown naar eigen praktijk

Ik ben Lieselot 31 jaar en zit sinds mijn geboorte in een rolstoel. Ik weet niet of dit avontuur éénmalige is of ik me in de toekomst nog eens waag aan het schrijven van een artikel op deze prachtige blog. Dit wilde ik alvast heel graag met jullie delen!


15 maart 2020. Ik ben in de showroom van een bedrijf dat feestmateriaal verhuurd aan het bespreken welk materiaal we allemaal nodig zullen hebben voor een feest dat later op het jaar gepland staat, wanneer plots mijn gsm rinkelt.

Ik krijg niet geheel onverwacht mijn collega aan de lijn die me meldt dat Duin en Polder – waar ik elke maandag, dinsdag en vrijdag vrijwilligerswerk doe – vanaf maandag in lockdown gaat. Daardoor kunnen vrijwilligers logischerwijs voor een toen nog onbepaalde duur niet meer komen helpen.

’s Avonds gaan we -als zo velen op dat moment- nog snel op restaurant met de hele familie, om de horeca te steunen zeggen we tegen elkaar, in een poging de gedachte te onderdrukken dat dit niet de meest slimme beslissing is. Ik vraag me tijdens het eten af of de Franse les, die elke maandag avond bij mij op de agenda staat, nog door zal gaan. Na wat heen- en weer- gesms met één van mijn klasgenoten is de conclusie dat de les waarschijnlijk niet zal door gaan. – pff- denk ik bij mezelf ik zat nu net in zo’n toffe klas. Ik troost mezelf met de gedachte dat we op zijn minst wel op het einde van mei nog  wel eens samen zullen komen om het einde van het schooljaar te vieren. Binnen 2 maand is het allemaal wel voorbij dacht ik toen nog!

Daar zit ik dan op maandag 18 maart 2020. Mijn anders behoorlijk volle agenda volledig leeg. Geen vrijwilligerswerk, geen Franse les, geen fitness en zelfs geen kine. In die 31 jaar dat ik op de aardbol rond rol, is er nooit langer dan 14 dagen geen kine geweest. Het behoort zo tot de routine van het dagdagelijkse leven dat ik er nog amper bij stil sta.

Nu ineens niks, zelfs winkelen in de Colruyt begin ik na verloop van tijd te missen, want samen met mijn assistente in de auto was  nog geen optie. De rust doet me wel deugd en doet me beseffen dat ik voor iemand zonder job best wel een drukke agenda heb. Het geeft me de tijd om na te denken over wat ik wil met mijn verdere leven.

Ik beslis er voorlopig het beste van te maken, tot ik op  tv de oproep rond Contact Tracing zie. Die job wil ik,  ideaal de hele dag babbelen, weg tempoprobleem waar ik dankzij mijn visuele problematiek al m’n hele leven mee worstel. Mijn hart wil altijd van alles, maar mijn lichaam en vooral mijn hersenen denken daar duidelijk anders over.

Ik surf naar het adres opgegeven in het tv-programma, geen contact tracers nodig. Vreemd dat kan toch niet ?Hoe krijgen ze al die plaatsen dan gevuld? Ik ontdek op de websites van interimkantoren opvallend veel vacatures voor tele-enquêteurs. De jobomschrijving doet me denken aan die van een Contact Tracer, dus ik begin me   overal in te schrijven in de hoop dat iemand me aanneemt. Solliciteren is vaak een heel tijdrovende en vooral geen succesvolle onderneming voor mij. Ik vermoed dat dit probleem jullie niet vreemd is. Ook nu is het alles behalve simpel, maar het lukt Ik krijg de job.


 Hoewel ik daar graag ben, besef ik al snel dat ik ook hier weer te maken krijg met een enorm verschil in tempo. Het intypen van de gegevens verloopt bij mij trager, maar op zich is dat geen probleem ,want op dat moment is er niet zoveel werk. Ik troost me met de gedachte dat mijn werkgever ook 40 procent van mijn loon terug krijgt. Helaas komen de centjes bij het interimkantoor terecht en niet bij de opdrachtgever zelf. Bovendien beslist het bedrijf waarvoor ik werk, om met contact Tracing in Ieper te stoppen. Daar zit ik dan opnieuw zonder job, tijdens de 2de golf doe ik een nieuwe poging, maar mijn tempoprobleem bleek toch een te groot obstakel om me terug in dienst te nemen.

Teleurgesteld begon ik na te denken: ik heb toch een diploma sociaal werk?  Ik ben toch goed met mensen? Wat zit ik daar aan die verdomde telefoon te doen. Ik heb toch helemaal geen toekomst in een callcenter waar elke seconde telt. Het bracht me terug naar mijn echte droom. Ik wilde super graag life coach worden. Ik begon voor de zoveelste keer aan mijn zoektocht naar de geschikte coach opleiding. Die vond ik bij Apluscoaching . Het theoretische deel kon op mijn eigen tempo thuis volgen en ik had enkel ondersteuning nodig van mijn assistente tijdens de live dagen Ik besef wel dat ik me gelukkig mag prijzen dat ik op een persoonlijk assistente kan beroepen. Jammer genoeg staat er voor velen nog steeds een lange wachtlijst in de weg.

Ondanks de meevaller van de online lessen slaat de twijfel toch toe. Wat ben ik nu met een life coach opleiding als ik er achteraf niks mee kan doen, omdat ik  niet zelfstandig kan worden met mijn uitkering. Is dat wel echt zo onmogelijk vraag ik me af.

Ik begin aan een zoektocht op internet en bots op een artikel op jullie blog. Werken met een beperking als zelfstandige. Die blogpost stelt me gerust. Ik bel met een maatschappelijk werkster ze bevestigd dat jullie artikel klopt, maar vertelde  er meteen bij dat de meeste mensen met een handicap die de sprong wagen uiteindelijk in de schulden belanden, omdat ze niet voltijds aan de slag kunnen.  Ik schrik van haar opmerking. Wat er met mijn uitkering gebeurd na dat ik mezelf een loon geef is niet echt duidelijk. Niet dat ik het erg vind om mijn uitkering te verliezen als ik mezelf een loon geef. Het schoentje wringt als blijk dat je jou uitkering niet zomaar weer terug krijgt zelfs niet als je ziek wordt of zonder werk zit. Ze raad me aan om contact op te nemen met de VDAB. Dat doe ik en op die manier kwam ik bij starterslabo terecht. Na een intakegesprek ben ik in november 2020 aan mijn traject begonnen. Ik krijg nu 18 maanden experimenteerperiode cadeau waar ik met hun ondernemingsnummer kan uitzoeken of het opstarten van mijn eigen praktijk haalbaar is. Ik heb ondertussen mijn opleiding als life coach  afgerond of toch de basiscursus want bijleren kan altijd in deze job 😉 en ik geniet volop van mijn ondernemersavontuur. Ondertussen is Live a lot geboren en zijn mijn facebookpagina en website gelanceerd. Ik sta te popelen om met mijn coachees aan de slag te gaan! Hoe het na starterslabo verder moet, heb ik voorlopig losgelaten . Dat zal het vervolg van het avontuur wel uitwijzen!

Ik hoop jullie geïnspireerd te hebben met mijn verhaal en Ik ben benieuwd welke grote droom jullie koesteren!

Veel Liefs

Lieselot

Chronisch schuldgevoel

Dat chronisch ziek zijn ook mentale gevolgen heeft is voor mij al vrij snel duidelijk geworden. Een van de issues waar ik laatst mee worstelde was faalangst.







Na een periode van 6 maanden thuis ging ik met veel enthousiasme terug aan de slag. Doordat ik enkel nog deeltijds kon werken startte ik in overleg met mijn werkgever in een aangepaste functie. Echter daar botste ik algauw met mezelf. Ik had zoveel angst dat mijn ziekte ook mijn mentale kunnen had aangetast dat ik enorme faalangst had. Omdat ik besefte dat er meer aan de hand was zocht ik de hulp van een psycholoog op. 

De faalangst kon ik overwinnen maar mijn lichaam is zo op dat ik toch mijn tewerkstelling opnieuw moest stopzetten.

Maar ondertussen ga ik dus naar een psychologe. Het is niet de eerste keer dat ik professionele hulp zoek voor mentale issues . Dit heeft mij altijd goed geholpen. Soms zette ik de samenwerking stop omdat het probleem op dat moment werd opgelost, 1 keer zette ik ook de samenwerking stop omdat ik het gevoel had dat de relatie niet in evenwicht was. Dat was toen ik psychoanalyse volgde. Ik hoorde de psychologe sms’en achter mijn rug ( ik lag dus op een bank naar het plafond te staren en zij zat achter mij). Maar ook uit deze sessies haalde ik veel.

Maar goed het is dus belangrijk dat je iemand vindt die bij je past, waarmee je een klik hebt. Ik heb de ervaring dat dit voor elk probleem een ander persoon kan zijn. Maar goed, nu vond ik dus een psychologe die ik eerder zie als coach en die mij goed begeleidt.

1 van de thema’s die vaak aan bod komt in haar sessies is schuldgevoel. Ik denk dat dit iets eigen is aan de maatschappij waar we momenteel in leven. Dit wordt naar mijn mening gecreëerd door het feit dat we in ons leven (te) veel rollen te vervullen hebben en we al deze ballen in de lucht moeten houden. Voeg daar nog een beetje perfectionisme aan toe en je hebt de perfecte voedingsbodem voor het creëren van een schuldgevoel.

Zo gebeurde dus ook bij mij.

Ik voel(de) mij schuldig naar mijn partner die door mijn ziekte veel meer huishoudelijke taken op zich moet nemen, hobby’s moet laten vallen, nu ook de financiële verantwoordelijkheid van het gezin moet dragen …

Ik voel(de) me schuldig naar mijn familie omdat ik vaak hulp nodig heb en vooral omdat ik hen vaak belast met allerlei zorgen.

Ik voel(de) mij schuldig naar mijn kinderen omdat ik niet de mama kan zijn die ik wil zijn, omdat ik vaak moet rusten terwijl zij willen spelen, omdat ik soms een kort lontje heb omdat ik moe ben en pijn heb

Ik voel(de) mij schuldig naar mijn collega’s omdat ik een engagement ben aangegaan dat ik niet kan volbrengen, omdat ik hen met extra werk opzadel omdat ze zaken van mij moeten overnemen, omdat ze nu opnieuw hun plannen moeten wijzigen omdat mijn situatie dit vraagt.

Voor alle duidelijkheid niemand van bovenstaanden heeft mij ooit iets verweten, iedereen heeft mij altijd proberen verzekeren dat het met plezier is dat ze mij helpen en er voor me zijn.

Toch heb ik vaak gedacht aan wat ik het verdien dat iedereen zo lief voor mij is en mij steunt.

En dat brengt mij weer tot bij mijn psychologe. Na dit alles te hebben verteld kwam ze met volgende bedenking: is er voor een schuldgevoel geen schuldige nodig ? Met andere woorden ben ik verantwoordelijk voor de situatie waar ik nu in zit? Had ik iets kunnen doen om te vermijden dat ik nu in deze situatie zit ? En zo ja beschikte ik over de juiste kennis om op dat moment dan een andere beslissing te nemen ?

Het antwoord op deze vragen kennen jullie natuurlijk beter dan ik. Neen ik ben niet verantwoordelijk dus ik hoef ook geen schuldgevoel te hebben. Deze rationele opmerking heeft mij wel geholpen om dit alles in een ander daglicht te plaatsen. 

Dus lieve lezers, ik weet dat iedereen wel eens kampt met een schuldgevoel. Dus een tip van mij. Stel jezelf de vragen die ik mezelf hierboven stelde. 

Ik schrijf dit omdat ik taboes wil doorbreken, omdat ik niet alleen wil vechten en omdat niemand alleen zou moeten vechten.

Hopelijk heeft iemand hier iets aan, dat zou mij echt gelukkig maken.

Veel liefde en zorg voor jezelf!

Groetjes,

Miek a.k.a. Mi.ja.mom

 

WAAROM?

Net zoals peuters zo’n “waarom?” fase hebben, heb ik er momenteel ook één. Normaal gezien sta ik niet te veel stil bij de dingen, het is wat het is. Maar de laatste dagen loop ik mij (eigenlijk rol ik mij) over van alles en nog wat vragen te stellen. Het grijze weer zit er inderdaad voor iets tussen, al deed het zonnetje in Nieuwpoort wel deugd!

 
Jammer genoeg niet Nieuwpoort

Het begon allemaal bij het lezen van het verhaal van Veerle Ternier, die door de besparingen 40% van haar financiële hulp door de overheid kwijt raakt en daarom ook 100% van haar zelfstandigheid. Daardoor zal ze niet meer kunnen bijdragen aan de maatschappij en wordt ze gedwongen haar job, haar woonst en haar eigenwaarde op te geven. (lees HIER haar verhaal)

Dit verhaal klonk me bekend in de oren en blijkt een tendens te zijn van hoe we over het algemeen omgaan met de besparingen in de zorg en het “helpen” van mensen met een beperking.

Ik begon dus kritisch te denken over de maatschappij waar we nu in leven en kwam zo op een hele reeks vragen uit:

  • Waarom gaan heel veel vrienden van mij hun zelfstandigheid moeten opgeven door besparingen?
  • Waarom kan ik nooit ergens spontaan heen? Altijd dat reserveren en die verdomde toegankelijkheid en toiletten checken op voorhand.
  • Waarom moeten wij nog steeds telefonisch reserveren bij Teleticketservice?
  • Waarom kan ik in de bioscoop niet de film zien die ik wil zien, omdat er geen rolstoelplaatsen zijn?
  • Waarom zijn toiletten voor rolstoelgebruikers toch nog te klein en moet je uw benen bijna in uw nek leggen als je na halsbrekende toeren toch een transfer hebt kunnen maken naar de wc nadat je er achterwaarts in reed?
  • Waarom hebben handelszaken bijna nooit een, al dan niet te steil, hellend vlak en moet je bijna altijd toch nog over een drempel?

  • Waarom zijn er zelden grote kleedhokjes? Ik wil ook privacy!
  • Waarom de veel te korte rolstoel-paden op het strand? Ik wil geen stipjes zien in de verte om dan te denken “dat zullen ze zijn”! En ik voel ook graag de zee aan mijn voeten …. Al goed dat er op de meeste plaatsen een tir-à-l’eau voorhanden is.

  • Waarom zijn er bij de concerten van Bart Peeters slechts een tiental rolstoelplaatsen? Ik wil ook kunnen gaan!
  • Waarom hebben aangepaste hotelkamers een veel te laag toilet en veel te hoge spiegel?
  • ….

Voor heel veel van die vragen zal er wel een plausibel antwoord zijn, maar dat wil ik nu even niet horen.

Ik ga op zoek naar andere antwoorden en hoop gauw van mijn “waarom?” fase af te zijn. Daarom begin ik al met het tekenen van Veerle haar petitie tegen de besparingen in zorg. Want het wordt hoe langer hoe duidelijker dat mensen met een beperking zélf het heft in eigen handen gaan moeten nemen om positieve verandering teweeg te brengen!

Jij tekent toch ook? (HIER)

Berte

 

 

 

Een oma op wieltjes : )

Kerstvakantie is een mooie tijd voor mij.  Dan zijn we allemaal samen rond de kersttafel.  Mijn man, kinderen en kleinkinderen.

De living moet dan gedeeltelijk verplaatst worden zodat we samen aan een lange tafel kunnen zitten.




Mits hulp van mijn man en assistente kunnen we de dag voor het feest een mooie tafel organiseren en aankleden.  Maar als alles mooi geplaatst is merk ik op dat ik met de rolstoel niet meer door kan.  Dus hupsakee alles opschuiven en verplaatsen. Das toch wel een hele klus hoor zo voor 11 man gedekte tafel!

Het feest verloopt fijn mede omdat we dit jaar kozen om naar de traiteur te gaan en verschillende kleine hapjes hebben. We hadden alles in de keuken in buffet vorm gezet.  Zo kan iedereen nemen wat hij of zij lust. We  hebben enkel  vegetariërs en veganisten in de familie. 

De jongsten van de kleinkinderen blijven op het einde van de vakantie twee dagen bij ons. Zo helpen we het jongste gezin om de opvang in de vakantiedagen in te vullen.

Gelukkig heb ik dan wel assistentie.  We gaan samen knutselen en dat lukt vrij goed als alles op hoogte is klaargezet.  En toch wil ik reiken naar extra kleurpotloden glijd mijn rolstoel vanonder mij en voila oma ligt op de grond…. (gelukkig zonder veel erge gevolgen)  .

De reactie van de oudste van de twee (ze is zes) “oma je moet in de rolstoel gaan zitten hee niet ernaast”  nodigt me uit om stil te staan hoe een jong kind de dingen ervaart en bekijkt. 

Zij ziet gewoon de feiten.  Bij mij en mijn omgeving zit de angst daar direct op.  Heb je iets gebroken, wat zal je morgen voelen na deze val ?  Gaat het wel goed met je ? 

De no nonsens van mijn kleindochter , de humor maakte het gebeuren lichter.

Zo probeer ik ook om te gaan met het feit dat ouder worden zo wie zo voor iedereen wat functieverlies of kwaaltjes meebrengt.  Maar dat we daar niet zo angstig over moeten zijn wat de dag van morgen wel zal brengen…..  Nu op dit moment gaat het vrij goed dus daar helemaal van genieten en dat gevoel koesteren.  Zo leer ik als het ware mooie momenten te hamsteren voor de momenten dat het niet zo goed gaat.  Zoals vorig jaar toen ik gevallen was en mijn goede been had gebroken.  Wat tot een veel grotere afhankelijk leidde dan ervoor.  Maar ook in deze maanden brachten de kleinkinderen vaak de humor. Op die manier werden situaties ontdaan van de angst tot volledige afhankelijkheid.

Speeltuin schommel


In die moeilijke periode waren ze ook een dagje bij ons.  Wat slechts mogelijk was met assistentie.  Zo konden we met de elektrische rolstoel naar buiten .Want zonder assistentie zou het niet verantwoord zijn om met die twee kleine (4 en 6) samen boodschappen te doen en  naar het speeltuintje in de buurt te gaan.

Toen de mama hen terug kwam ophalen kreeg ik een zoen.  Opeens kwam Fenna terug “oma zal ik je beentjes een extra zoen geven, dan geneest dat beter”  “mama doet dat bij mij ook ?

Ondanks de tegenslagen kan het leven toch mooi zijn!

Veel liefs van een oma op wieltjes!




Onmogelijk is een mening (Deel 5)

Bernhard is nu 68 jaar, maar in 2014 kreeg hij Chronische Inflammatoire Demyeleniserende Polyneuropathie” of CIDP. Lees hoe het allemaal begon in deel 1deel 2 en deel 3. Of lees hoe hij zijn donkerste dagen meemaakte in deel 4

Hieronder lees je het vervolg van Bernhard zijn ongelofelijk verhaal, in deel 5 :

Mijn familie liet de notaris tot aan mijn bed komen om zaken te regelen, er werd euthanasie besproken en documenten getekend en de afdeling palliatieve zorgen kwam me uitleggen hoe stervensbegeleiding werkt. En ik kon helemaal niet reageren op al dat nieuws!

Omdat ik totaal niet kon communiceren had mijn lieve schoonbroer uit Duitsland een bril gemaakt waarop een rood laserlichtje was gemonteerd. Hij maakte ook een groot blad waarop het alfabet en al de cijfers stonden. Eindelijk kon ik moeizaam en met kleine woordjes communiceren door naar de letters en cijfers te kijken.

Ik kan gewoon niet uitleggen hoe bevrijdend het was om terug zelf iets te kunnen mededelen zoals bv ‘pijn been’, zodat de verpleging me wat kon verleggen. Al vlug werd ik daar bedreven in. Iedereen werd gebriefd dat met mijn ogen knipperen betekende dat ik iets wou “zeggen” met de laserbril en het blad. Maar soms duurde het frustrerend lang voor iemand naar me keek en zag dat ik hevig met de ogen pinkte. Mensen liepen voorbij en al wat ik kon was pinken om hun aandacht te krijgen en ondertussen mezelf tot kalmte dwingen….


Mijn familie vroeg de behandelende Prof van neurologie wat volgens hem mijn overlevingskans was. Hij liet weten dat zo’n diepe aanval bij CIDP uiterst zeldzaam is, maar dat hij mijn kans om uit de complete verlamming te “ontwaken” wel op 50% schatte, echter zonder garantie dat ik ooit terug zou kunnen stappen en mits de juiste medicatie cocktail ….

Man, dat was voor mij meer dan voldoende om er tegen aan te gaan!

Dankzij een sterke moraal, de enorme steun en hulp van familie, de regelmatige chemokuur Endoxan gedurende 5 maanden en een middel voor MS-patiënten Rituximab, kwam er na een paar maanden stilaan weer wat primitief leven in mij. Eerst een vinger, dan een teen, daarna bewoog ik zelfs een hand ongecontroleerd, etc. …. En na nog 9 weken op de longafdeling kon ik al bijna rechtop blijven zitten en voelde ik me klaar voor een doorgedreven revalidatie in het K7-gebouw van het UZ-Gent.


Vier maanden na mijn transfer van Aalst naar Gent, lieten de artsen me weten dat ik minstens nog 9 tot 12 maanden in het revalidatiecentrum zou moeten verblijven en dat ik moest wennen aan het idee om mogelijks voor altijd in een rolstoel te zitten. Ik werd toen nog uit het bed getild met een plafondlift om op de toiletpot geplaatst te worden, maar ik leerde al vlug zelfstandig rondrijden met een elektrische rolstoel omdat mijn hand juist voldoende kon bewegen om met een aangepaste joystick-bediening te sturen. Wat een heerlijke vrijheid om nu zelf “op stap te gaan” naar de eetzaal of de oefenzaal, weg van dat eeuwige bed na zoveel maanden!


Maar, twaalf maanden revalidatie! No way, dat leek me totaal ondenkbaar. Ik wou en moest het in 4 maanden doen en stelde mezelf dagelijkse en wekelijkse doelen in functie van mijn “geheim einddoel”. Ik oefende vastberaden, ondanks pijnen de hele dag door, 4 maanden lang. Dit tot ik van de artsen de toelating had afgedwongen om ambulant van thuis uit 2 maal per week kine en ergo te volgen en weer zelfstandig te leren worden.


Mijn uiteindelijk doel van al die inspanningen? In januari 2017 naar Australië reizen, voor een bezoek van 6 weken aan mijn jongste dochter en kleinzoontje in Adelaide. Wegens mijn vele opnames hadden we die reis al bijna 3 jaar moeten uitstellen. Dus liet ik de vliegtickets bestellen om de druk op mijn revalidatie-ketel te houden.

Ik heb op korte termijn letterlijk alles weer moeten leren:  spreken, slikken, plassen, zelf eten en drinken, leren schrijven, typen, telefoneren, me aankleden, wassen, kammen, scheren  tot  zitten, rechtstaan en stappen. En het moest vlug gaan! Het klinkt een beetje zoals in het liedje van Herman Van Veen: Opzij, opzij, opzij, we hebben ongelooflijke haast … Mislukken was geen optie.

Tja, mijn levensmotto was altijd al : “Impossible is an opinion, rarely a fact.”


Einde deel 5


Heb jij vragen voor Bernhard? Of heb je iets gelijkaardigs meegemaakt? Laat het ons weten!



informeer en inspireer anderen en vertel jouw verhaal via info@rolmodel.be!